
Jurisprudentie
BD9918
Datum uitspraak2008-07-30
Datum gepubliceerd2008-08-13
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Dordrecht
Zaaknummers70097 / HA ZA 07-2310 en 72243 / HA ZA 07-2595
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2008-08-13
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Dordrecht
Zaaknummers70097 / HA ZA 07-2310 en 72243 / HA ZA 07-2595
Statusgepubliceerd
Indicatie
Inzake 70097 Elshout/Van Spronsen
Eisers (particulieren) verhuren via een makelaar (gedaagde) hun eigen woning wegens verblijf in het buitenland.
Gedaagde heeft meer gedaan dan alleen bemiddeld. Zij heeft ook de huur geïnd, reparaties laten verrichten, een inventarislijst opgesteld, het huis opnieuw verhuurd en de eindopname gedaan. Gedaagde kan aansprakelijk worden gehouden voor de schade die de huurders hebben veroorzaakt, te meer nu in de huurovereenkomst staat dat gedaagde elk moment inspecties in de woning kan komen doen. Na klachten heeft gedaagde onvoldoende gecontroleerd of de woning goed werd bewoond. De op zolder opgeslagen spullen vallen hierbuiten, want deze zijn niet verhuurd. Van eisers had mogen worden verwacht dat zij geen waardevolle spullen onder bereik van de huurders opslaan. Doen zij dat toch dan is de makelaar/beheerder niet aansprakelijk voor vermissing.
inzake 72243 Van Spronsen/Europa Personeel
Gedaagde dient eiseres te vrijwaren voor de door haar huurders veroorzaakte schade.
Uitspraak
RECHTBANK DORDRECHT
Sector civiel recht
zaaknummers: 70097 / HA ZA 07-2310 (de hoofdzaak)
en 72243 / HA ZA 07-2595 (de vrijwaringszaak)
vonnis van de enkelvoudige kamer van 30 juli 2008
in de (hoofd)zaak van
1. [eiser1] en
2. [eiser2],
beiden wonende te Hendrik Ido Ambacht,
eisers in conventie,
verweerders in reconventie,
procureur mr A. Quispel,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde],
gevestigd te Hendrik Ido Ambacht,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
procureur: mr. L.R.T. Peeters.
Partijen worden hieronder aangeduid als [eisers] en [gedaagde].
en in de (vrijwarings)zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[eiseres],
gevestigd te Hendrik Ido Ambacht,
eiseres in vrijwaring,
procureur: mr. L.R.T. Peeters.
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde in vrijwaring],
gevestigd te Heusden,
gedaagde in vrijwaring,
procureur: mr. J. Wijnja (onttrokken).
Partijen worden hieronder aangeduid als [eiseres] en [gedaagde in vrijwaring].
1. Het procesverloop
De rechtbank heeft kennis genomen van de volgende processtukken:
In de hoofdzaak:
tussenvonnis van 24 oktober 2007 en de daarin genoemde stukken,
op 23 november 2007 ter griffie ingekomen brief met producties van mr. Peeters,
op 5 februari 2008 ter griffie ingekomen brief met producties van mr. Peeters,
conclusie van antwoord in reconventie met producties,
proces-verbaal van comparitie van 16 juni 2008.
In de vrijwaringszaak:
tussenvonnis van 20 februari 2008 en de daarin genoemde stukken,
proces-verbaal van comparitie van 16 juni 2008
I. DE HOOFDZAAK
2. De vaststaande feiten in conventie en in reconventie
2.1 [eisers] wilden hun woning (Van Polanenstraat 25 te Hendrik Ido Ambacht), verder te noemen de woning, ingaande 1 januari 2006 voor de duur van één jaar verhuren, omdat zij zelf een jaar naar Suriname gingen. Zij hebben in oktober / november 2005 aan [gedaagde] opdracht gegeven te bemiddelen bij de verhuur van de woning.
2.2 In de schriftelijke overeenkomst is, voor zover thans van belang, bepaald:
(…) De opdrachtgever heeft op 29 oktotber 2005 aan het NVM-lid een door deze aanvaarde opdracht verstrekt tot het verlenen van diensten bij de verhuur van tussenwoning met berging, onder- en bijliggende grond (…)
7. Bijzondere afspraken: geen (…)
2.3 Op de overeenkomst zijn van toepassing de door [gedaagde] gehanteerde algemene (NVM) voorwaarden. Deze houden, voor zover thans van belang, het volgende in:
(…) II. Diensten inzake tot stand komen van overeenkomsten
Opdracht
1. Onder opdracht wordt voor zover niet anders blijkt in dit hoofdstuk verstaan een opdracht tot het verlenen van diensten met betrekking tot het tot stand komen van een overeenkomst inzake onroerend goed. (…)
V.Vastgoedmanagement
1. onder een opdracht tot vastgoedmanagement wordt in dit hoofdstuk verstaan een opdracht tot het ten behoeve van de opdrachtgever verlenen van de volgende diensten met betrekking tot een of meer aan de opdrachtgever toebehorende of onder zijn zeggenschap staande onroerende goederen:
# verzorging van de huurincasso (administratief en daadwerkelijk);(…)
# verzorging van het onderhoud (behandeling, beordeling en doen verhelpen van klachten, periodieke inspectie, verzorgen van controle en betalen van rekeningen);
# verzorging van het opnieuw verhuurd worden van leeggekomen gedeelten;
#verstrekken van adviezen van eenvoudige aard.
Een opdracht tot vastgoedmanagement kan meer of minder diensten bevatten. (…);
2.4 De woning is in de periode van 23 februari 2006 tot 31 mei 2006 verhuurd geweest.
2.5 Op 3 april 2006 heeft [gedaagde] een installateur opdracht gegeven de thermostaat in de woning te repareren. [gedaagde] heeft de installateur € 200,05 (incl BTW) betaald.
2.6 [gedaagde] heeft, na toestemming van [eisers], namens [eisers] een schriftelijke huurovereenkomst gesloten met [gedaagde in vrijwaring]. In de schriftelijke overeenkomst is, voor zover thans van belang, bepaald:
Beheerder
9. Totdat verhuurder anders meedeelt treedt als beheerder op A. Jansen.
Bijzondere bepalingen
(…) Huurder stemt toe verhuurder/[gedaagde] makelaars en/of de beheerder de woning op willekeurige tijdstippen inspecteren.
Aan de overeenkomst is een door [gedaagde] opgemaakte inventarislijst gehecht.
2.7 De huurovereenkomst met [gedaagde in vrijwaring] is geëindigd op 1 maart 2007. Er heeft op 2 maart 2007 een opname plaatsgevonden van de woning in aanwezigheid van partijen en een vertegenwoordiger van [gedaagde in vrijwaring]. Uit de door [gedaagde in vrijwaring] voor akkoord ondertekende opname (prod. 3 bij dagvaarding) blijkt dat er veel is beschadigd cq is verdwenen, maar dat nog een definitieve opgave van de schade cq vermissingen zal volgen.
2.8 In opdracht van [gedaagde] heeft een expert van EMN Expertise B.V., verder te noemen EMN, op 23 maart 2007 een voorlopig schaderapport uitgebracht en op 22 mei 2007 een definitief rapport over de schade die [eisers] lijden. EMN begroot de schade op € 19.950,-- incl BTW en inclusief een bedrag van € 7.802,50 terzake weggenomen goederen.
[gedaagde] heeft EMN € 1.225,70 (incl BTW) betaald.
2.9 Op 14 mei 2007 heeft een expert van Toplis Hettema B.V., verder te noemen Toplis, in opdracht van [eisers] de schade begroot op € 20.400,-- incl BTW en inclusief een bedrag van € 7.802,50 terzake weggenomen goederen.
[eisers] hebben Toplis € 476,-- (incl. BTW) betaald.
2.10 Op 29 mei 2008 heeft de kantonrechter in deze rechtbank een vonnis gewezen tussen [eisers] als eisers en [gedaagde in vrijwaring] als gedaagde. In dit vonnis wordt [gedaagde in vrijwaring] veroordeeld tot betaling van € 6.798,42 met de wettelijke rente vanaf 1 mei 2007 en wordt voorts aan [eisers] te bewijzen opgedragen -kortweg- dat de schade meer heeft bedragen dan genoemd bedrag.
3. De vordering in conventie
3.1 [eisers] vorderen, na wijziging van eis, dat bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad,
a. wordt verklaard voor recht dat [gedaagde] toerekenbaar jegens [eisers] tekort is geschoten en dat [gedaagde] vanwege het tekortschieten van [gedaagde] gerechtigd is om de overeenkomst te ontbinden;
b. [gedaagde] wordt veroordeeld tot betaling van € 22.561,79 (€ 20.400,-- schade; € 1.761,79 buitengerechtelijke kosten; € 400,-- kosten rapport Toplis);
c. [gedaagde] wordt veroordeeld in de proceskosten.
[eisers] leggen aan hun vordering ten grondslag dat [gedaagde] toerekenbaar tekort is gekomen (onvoldoende toezicht gehouden, een inventarislijst opstellen zonder overleg met [eisers]) ten gevolge waarvan [eisers] schade hebben geleden.
Het verweer
3.2 De conclusie van [gedaagde] strekt tot afwijzing van de vordering, met veroordeling, uitvoerbaar bij voorraad, van [eisers] in de kosten van het geding.
[gedaagde] betwist jegens [eisers] tekort te zijn gekomen en zij voert het volgende aan.
[gedaagde] is niet als beheerder optreden. Gelet op de algemene voorwaarden, gelezen in samenhang met art. 7 van de opdracht, was geen vastgoedmanagement-overeenkomst gesloten.
Het opstellen van de inventarislijst dienden [eisers] zelf te doen; het opstellen van deze lijst door [gedaagde] is een extra service, waardoor de bewijspositie van [eisers] is verbeterd. Voor zover al [eisers] schade lijden door een gebrek in de lijst, is dat een aan hen toe te rekenen omstandigheid.
4. De vordering in reconventie
4.1 [gedaagde] vordert dat [eisers] worden veroordeeld bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, tot betaling van
a. € 3.595,59 met de wettelijke rente vanaf 14 maart 2007 terzake verhuurcourtage;
b. € 200,05 met de wettelijke rente vanaf 3 april 2007 terzake reparatie van de thermostaat;
c. € 1.225,70 met de wettelijke rente vanaf 10 juli 2007 terzake de nota van de deskundige
met veroordeling van [eisers] in de proceskosten.
Aan haar vorderingen legt [gedaagde] het volgende ten grondslag:
Ad a. [eisers] dienen de overeenkomst na te komen en de overeengekomen courtage (€ 2.500,-- exclusief BTW) te voldoen.
Ad b. Deze kosten dient [eisers] te vergoeden op grond van zaakwaarneming dan wel ongerechtvaardigde verrijking.
Ad c. Het expertiserapport is in overleg met [eisers] opgemaakt, zodat zij de kosten moeten voldoen.
Het verweer
4.2 [eisers] voeren als verweer het volgende aan.
Ad a. Aangezien de overeenkomst is ontbonden, kan geen nakoming meer worden verlangd. Subsidiair beroept [eisers] zich op verrekening met het bedrag van € 1.250,-- [gedaagde in vrijwaring] als borgsom heeft moeten betalen.
Ad b. [eisers] hebben geen toestemming gegeven voor deze reparatie. [gedaagde] heeft toegezegd dat zij deze kosten niet zou doorbelasten.
Ad c. Voor de kosten van deze deskundige heeft [eisers] geen toestemming gegeven.
5. De beoordeling van het geschil in conventie en in reconventie
5.1 De verplichting van [gedaagde].
Anders dan [gedaagde] meent, is voor het bepalen welke verplichtingen zij op zich heeft genomen niet toereikend de tekst van art. 7 in verbinding met art. II 1. van de algemene voorwaarden. De vraag wat partijen zijn overeengekomen kan niet worden beantwoord enkel op grond van een taalkundige uitleg van de bewoordingen van de overeenkomst. Steeds komt het aan op de zin die partijen over en weer redelijkerwijs aan elkaars verklaringen en gedragingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten.
5.2 Dat [gedaagde] uitsluitend zou bemiddelen bij de totstandkoming van de (huur)overeenkomst is in strijd met haar eigen gedragingen. Vast staat dat zij de huurincasso, inclusief inning van de borgsom, heeft verzorgd, een reparatie heeft laten verrichten, een inventarislijst heeft opgesteld, de woning opnieuw aan heeft verhuurd, na klachten van de buren op verzoek van [eisers] een inspectie heeft uitgevoerd, en bij de opname aanwezig is geweest op 2 maart 2007. Dit is volgende de algemene voorwaarden van [gedaagde] meer dan alleen bemiddelen bij het tot stand brengen van een overeenkomst. [gedaagde] voert nog aan dat uit de tarieven volgt, dat zij niet tot meer verplicht was dan tot bemiddelen, maar uit niets blijkt, dat zij dit kenbaar heeft gemaakt aan [eisers] [eisers] mochten er op vertrouwen dat zij door de bemiddeling van [gedaagde] een nette huurder in hun woning zouden krijgen (wat niet hetzelfde is als een hoog opgeleide huurder) en dat [gedaagde] daarop toezicht zou uitoefenen. Dit laatste volgt ook uit de tekst van de huurovereenkomst die [gedaagde] met [gedaagde in vrijwaring] heeft gesloten. Daarin geeft huurder toestemming aan [gedaagde] om op willekeurige tijdstippen de woning te inspecteren. Dit slaat, anders dan [gedaagde] betoogt, niet slechts op inspectie bij einde huur, maar ook op inspecties gedurende de huurovereenkomst.
Dat daarnaast Jansen als beheerder is genoemd, is –gelet op de feitelijke gedragingen van [gedaagde]- van ondergeschikt belang. Bovendien is bij Jansen geen adres of telefoonnummer vermeld, zodat het voor de hand ligt dat de huurder zich in de eerste plaats wendt tot [gedaagde], aan wie de huur ook wordt betaald.
5.3 [gedaagde] heeft dus wel een beheertaak op zich genomen. Vast staat dat een van haar medewerkers poolshoogte is gaan nemen, maar dat deze niet naar binnen is gegaan. Gelet op de bij einde huur aangetroffen toestand, moet dit als een tekortkoming, te weten onvoldoende houden van toezicht, worden aangemerkt. [gedaagde] heeft geconstateerd dat de aangetroffen persoon een nette indruk maakte, maar er had moeten worden gekeken of de woning een nette indruk maakte. Aangenomen moet worden dat een verdergaande inspectie eerder aan het licht had gebracht dat de woning zeer slecht bewoond werd en dat vervolgens maatregelen genomen hadden kunnen en moeten worden.
5.4 Gelet op de tekortkoming zijn [eisers] gerechtigd de overeenkomst te ontbinden, hetgeen zij hebben gedaan onder 5 van de conclusie van antwoord in reconventie. De verklaring voor recht in conventie is toewijsbaar.
5.5 Gevolg van de ontbinding is dat [eisers] niet meer gehouden zijn de overeenkomst na te komen (6:271 BW). De onder a. in reconventie gevorderde courtage moet dus worden afgewezen. Wel ontstaat voor partijen de verplichting tot ongedaanmaking voor zover de overeenkomst is nagekomen. Beide partijen mogen zich over dit punt nog uitlaten.
Het komt de rechtbank voor dat de door [gedaagde] uitgevoerde reparatie als een binnen het beheer passende prestatie moet worden aangemerkt, die gewaardeerd moet worden op het factuurbedrag (art 6:272 BW). Aangezien geen van partijen deze grondslag heeft genoemd, mogen partijen zich hierover nog uitlaten.
5.6 [gedaagde] is aansprakelijk voor de schade die [eisers] ten gevolge van de onder 5.3 genoemde tekortkoming lijden. Beschadigde en volgens de inventarislijst ontbrekende zaken vallen in beginsel onder de te vergoeden schade. Met partijen is afgesproken dat zij zich over het causaal verband en de omvang van de schade nog mogen uitlaten.
5.7 De vordering onder c. in reconventie wordt afgewezen. Het zijn [eisers] die schade lijden; indien zij al opdracht voor dit rapport zouden hebben gegeven, hetgeen [eisers] betwisten, dan komen deze kosten, als kosten ter vaststelling van de schade, voor rekening van [gedaagde].
5.8 Terecht voert [gedaagde] aan, dat van haar niet verlangd kan worden dat zij een inventarislijst opstelt van persoonlijke zaken die [eisers] buiten de verhuur willen houden en die zij onder plastic op zolder hebben opgeslagen. Dat de inventarislijst voor de andere, wel de verhuur betreffende, ruimten niet juist zou zijn, hebben [eisers] niet gesteld. Van een tekortkoming op dit punt is dan ook geen sprake.
Bovendien mocht [gedaagde] van [eisers] verwachten dat zij geen waardevolle spullen zouden opslaan in een ruimte die voor de huurder makkelijk te bereiken was. Deze wijze van opslag is een omstandigheid die voor rekening van [eisers] moet blijven. De schade die [eisers] in dit verband stellen moet dan ook worden afgewezen.
Ten overvloede wordt nog overwogen dat deze overweging niet zonder meer geldt in de relatie tussen [eisers] en [gedaagde in vrijwaring]. Zonder toestemming wegnemen van goederen die een ander toebehoren is immers onrechtmatig. Wel zal [eisers] ten opzichte van [gedaagde in vrijwaring] een zware bewijslast dragen, hetgeen zij [gedaagde] echter niet kunnen verwijten.
5.9 Buitengerechtelijke kosten en kosten Toplis.
Tegenover de gemotiveerde betwisting hebben [eisers] onvoldoende onderbouwd dat zij buitengerechtelijke kosten hebben gemaakt. Zij verwijzen naar de opstelling in het procesdossier in de procedure tussen [eisers] en [gedaagde in vrijwaring]. Deze kosten zijn er evenwel niet op gericht geweest om buiten rechte voldoening van [gedaagde] te verkrijgen. Dit onderdeel van de vordering in conventie wordt afgewezen. De kosten van Toplis zijn in beginsel toewijsbaar.
5.10 Recapitulatie.
In conventie is beslist:
Ad a. de verklaring voor recht is toewijsbaar (5.4);
Ad b. buitengerechtelijke kosten worden afgewezen; kosten Toplis toegewezen (5.9);
schade: vermissing zolder: afgewezen (5.8)
overige schade: partijen mogen zich over causaal verband en omvang uitlaten (5.6)
In reconventie is beslist:
Ad a. nakoming wordt afgewezen, maar partijen mogen zich over ongedaanmaking uitlaten (5.5)
Ad b. de reparatienota: nader uitlaten (5.5);
Ad c. de kosten van de deskundige worden afgewezen (5.7)
5.11 De zaak zal naar de rol worden verwezen teneinde partijen, [eisers] als eerste, in de gelegenheid te stellen zich uit te laten over
- de gewijzigde eis in conventie (is deze goed weergegeven in dit vonnis; nb rente)
- de (omvang van de) schade minus de schade door vermissing op zolder;
- de ongedaanmakingsverplichtingen, waaronder de reparatienota.
II. DE VRIJWARINGSZAAK
6. De vaststaande feiten
6.1 [eisers in hoofdzaak] wilden hun woning (Van Polanenstraat 25 te Hendrik Ido Ambacht), verder te noemen de woning, ingaande 1 januari 2006 voor de duur van één jaar verhuren, omdat zij zelf een jaar naar Suriname gingen. Zij hebben in oktober / november 2005 aan [gedaagde] opdracht gegeven te bemiddelen bij de verhuur van de woning.
6.4 De woning is in de periode van 23 februari 2006 tot 31 mei 2006 verhuurd geweest.
6.5 [gedaagde] heeft, na toestemming van [eisers in hoofdzaak], namens [eisers in hoofdzaak] een schriftelijke huurovereenkomst gesloten met [gedaagde in vrijwaring]. In de schriftelijke overeenkomst is, voor zover thans van belang, bepaald:
Beheerder
9. Totdat verhuurder anders meedeelt treedt als beheerder op A. Jansen.
Bijzondere bepalingen
(…) Huurder stemt toe verhuurder/[gedaagde] makelaars en/of de beheerder de woning op willekeurige tijdstippen inspecteren.
Aan de overeenkomst is een door [gedaagde] opgemaakte inventarislijst gehecht.
6.6 De huurovereenkomst met [gedaagde in vrijwaring] is geëindigd op 1 maart 2007. Er heeft op 2 maart 2007 een opname plaatsgevonden van de woning in aanwezigheid van partijen en een vertegenwoordiger van [gedaagde in vrijwaring]. Uit de door [gedaagde in vrijwaring] op 2 maart 2007 voor akkoord ondertekende opname blijkt dat er veel is beschadigd cq is verdwenen, maar dat nog een definitieve opgave van de schade cq vermissingen zal volgen.
6.7 Op 29 mei 2008 heeft de kantonrechter in deze rechtbank een vonnis gewezen tussen [eisers] als eisers en [gedaagde in vrijwaring] als gedaagden. In dit vonnis wordt [gedaagde in vrijwaring] veroordeeld tot betaling van € 6.798,42 met de wettelijke rente vanaf 1 mei 2007 en wordt voorts aan [eisers in hoofdzaak] te bewijzen opgedragen -kortweg- dat de schade meer heeft bedragen dan genoemd bedrag.
7. De vordering in vrijwaring
7.1 [eiseres] vordert dat [gedaagde in vrijwaring] bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, wordt veroordeeld om aan [eiseres] te betalen al datgene waartoe [eiseres] als gedaagde in de hoofdzaak mocht worden veroordeeld, met veroordeling van [gedaagde in vrijwaring] in de kosten van het geding in hoofdzaak en vrijwaring.
[eiseres] legt aan haar vordering ten grondslag.
Indien [eiseres] in de hoofdzaak aansprakelijk wordt gehouden, dient [gedaagde in vrijwaring] haar te vrijwaren. [gedaagde in vrijwaring] heeft in de verklaring van 2 maart 2007 erkend aansprakelijk te zijn voor de schade.
verweer
7.2 [gedaagde in vrijwaring] concludeert tot afwijzing van de vordering. Zij betwist jegens [eiseres] aansprakelijk te zijn en zij voert het volgende aan als verweer.
[gedaagde in vrijwaring] betwist dat bij aanvang van de huur nog geen sprake was van schade of ontbreken van inventaris.
[gedaagde in vrijwaring] kan niet op dezelfde grondslag twee maal voor hetzelfde worden veroordeeld.
Er is sprake van (100%) eigen schuld van [eiseres]. Zij had een goede inventarislijst moeten opstellen.
Het bedrag terzake schadevergoeding moet worden gematigd.
8. De beoordeling
8.1 In de hoofdzaak is beslist dat [eiseres] als beheerder is opgetreden. Zij is daarmee aansprakelijk jegens [eisers in hoofdzaak] indien zij in deze taak tekort is gekomen. Hiervan is sprake, omdat [eiseres] onvoldoende heeft gecontroleerd of de personen die [gedaagde in vrijwaring] in de woning heeft laten wonen zich als goede huurders hebben gedragen.
8.2 Bij aanvang van de huur beschikte [gedaagde in vrijwaring] over een inventarislijst. Daarop is niet aangetekend dat er zaken ontbreken. Bovendien heeft haar directeur de woning geïnspecteerd en geschikt bevonden. Op grond hiervan moet worden aangenomen dat de woning zich in goede staat bevond en dat -in ieder geval- de zaken op de lijst in de woning aanwezig waren.
8.3 Vast staat dat [gedaagde in vrijwaring] heeft erkend dat haar mensen schade hebben aangericht in de woning. Dat de heer Florisson van [gedaagde in vrijwaring] de verklaring van 2 maart 2007 onder druk heeft getekend, zoals de directeur van [gedaagde in vrijwaring] ter zitting heeft verklaard, is niet onderbouwd. Florisson is academicus en had vaker opnames gedaan en bovendien is gesteld noch gebleken dat [eiseres] of [eisers in hoofdzaak] hem onder druk hebben gezet. Veeleer is aannemelijk dat hij zich schaamde voor de ravage die zijn mensen hadden aangericht.
8.4 De gedragingen van deze personen zijn aan [gedaagde in vrijwaring] toe te rekenen. [eiseres] draagt een eigen verantwoordelijkheid jegens [eisers in hoofdzaak] Zij is gerechtigd terzake deze schade als beheerder van [eisers in hoofdzaak] regres te nemen op [gedaagde in vrijwaring] als de werkelijke veroorzaker van de schade.
8.5 Anders dan [gedaagde in vrijwaring] aanvoert, bestaat geen grond de schade geheel voor rekening van [eiseres] te laten, omdat de inventarislijst niet juist zou zijn opgemaakt. Niet de (onjuiste) inventarislijst, maar het beschadigen en wegmaken van spullen maakt [gedaagde in vrijwaring] aansprakelijk. Evenmin bestaat grond voor matiging van de schadevergoedingsverplichting.
8.6 In beginsel is de vordering in vrijwaring toewijsbaar. Over omvang schade mogen partijen zich nog nader uitlaten. Voor [gedaagde in vrijwaring] dient zich wel een procureur (na 1 september 2008 een advocaat) te stellen, anders kan zij niet concluderen. Uitstel om een procureur (cq advocaat) te zoeken zal niet worden verleend.
9. De beslissing
de rechtbank
IN DE HOOFDZAAK
verwijst de zaak naar de rol van 3 september 2008 voor het nemen van een conclusie na tussenvonnis door [eisers] (zie hiervoor onder 5.11)
verstaat dat [gedaagde] daarop zal mogen reageren.
IN DE VRIJWARINGSZAAK
verwijst de zaak naar de rol van 3 september 2008, op welke rol bepaald zal worden wanneer [eiseres] zal reageren, bij welke gelegenheid zij tevens in vrijwaring mag concluderen;
verstaat dat [gedaagde in vrijwaring] vervolgens een conclusie na tussenvonnis mag nemen,
IN DE HOOFDZAAK EN IN DE VRIJWARINGSZAAK
verstaat dat na de conclusie van [gedaagde in vrijwaring] opnieuw vonnis zal worden bepaald;
houdt elke nadere beslissing aan;
Dit vonnis is gewezen door mr. J.C. Halk en uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 30 juli 2008.